maandag 1 januari 2018

Na ruim 20 jaar kantoor te hebben gehouden in Wassenaar verhuist mijn kantoor per 1 januari 2018 naar Voorschoten. Het nieuwe adres is Rouwkooplaan 5, 2251 AP Voorschoten. De communicatienummers blijven hetzelfde en de pelikaan verhuist ook mee. Allen gelukkig nieuw jaar toegewenst. 
Felis i prospero ana nobo!

Otto Bondam - strafrechtadvocaat 

www.bondam.nl 

woensdag 20 januari 2016

straf na onderzoek rijvaardigheid/rijgeschiktheid?

straf na onderzoek rijvaardigheid / rijgeschiktheid?

Eerder zei de Hoge Raad al dat het opleggen van een alcoholslot programma ( door het CBR) en een strafvervolging niet samen kunnen gaan omdat dat een dubbele bestraffing is (ECLI:NL:HT:2015:434).  Nu is hier een zelfde soort uitspraak over de verplichting tot deelname aan een onderzoek naar de rijvaardigheid of rijgeschiktheid. Het is geen uitspraak van de Hoge Raad maar deze politierechter uitspraak zou wel eens een begin kunnen zijn. 

De rechter zegt: 

Bij de huidige Nederlandse regelgeving is de strafvervolging van een verdachte ter zake van het rijden onder invloed van alcoholhoudende drank in strijd met de beginselen van een goede procesorde in die gevallen waarin de verdachte op grond van datzelfde feit de onherroepelijke verplichting tot deelname aan een onderzoek naar de rijvaardigheid of rijgeschiktheid is opgelegd. De officier van Justitie is dan ook niet ontvankelijk in zijn vervolging. 

Rechtbank Gelderland ( zittingsplaats Arnhem) 9 oktober 2015 parket nr 5.22874.14 - NBSR 2015,242 




eindelijk rechtsbijstand TIJDENS het verhoor

Rechtsbijstand TIJDENS  het verhoor voor aangehouden verdachten per 1 maart 2016

Voor aangehouden minderjarige verdachten was dat al mogelijk. Voor aangehouden meerderjarigen is Nederland het laatste land in de Europese Unie waar dat mogelijk werd... . Op basis van Richtlijn 2013/48/EU moest de Nederlandse overheid dat uiterlijk in november 2016 geregeld hebben. Er liepen al proefprocessen over de vraag of dit niet al eerder geregeld moest zijn. De verwachting was dat de Nederlandse overheid dat pas op de allerlaatste dag zou doen. De Hoge Raad heeft dat getreuzel niet willen afwachten en heeft op 22 december 2015 (ECLI:NL:HR:2015:3608) bepaald dat met ingang van 1 maart 2016 iedere aangehouden verdachte,  minderjarig of meerderjarig,  recht heeft op rechtsbijstand tijdens het verhoor. Het is duidelijk dat dit recht eenvoudig kan worden ondermijnd door een verdachte niet aan te houden maar te "ontbieden" of "verzoeken"om "vrijwillig" langs te komen voor een verhoor.

Waarom heeft het voor de verdachte voordelen als een advocaat bij het politieverhoor aanwezig is?

Dat politie en justitie dit tot 1 maart 2016 hebben weten tegen te houden zegt eigenlijk al genoeg... Wat kon kan niet meer.

Om te beginnen zal de politie dan geen ongeoorloofde druk meer op de verdachte uitoefenen. Als het uit de hand loopt dan kan uw advocaat ingrijpen. Uw advocaat kan nu ook uit de vragen afleiden welke bewijzen de politie heeft en kan nu samen met u uw verdedigingsstrategie bepalen. Verder zal uw advocaat voortaan erop kunnen toezien dat uw verhaal in uw eigen woorden netjes wordt opgeschreven, dat de politie er niet zelf een mooi verhaal van maakt, en belangrijke dingen aanvult of juist weglaat. Door goede rechtsbijstand – ook tijdens het verhoor – heeft u een betere  kans op sepot, vrijspraak of ontslag van alle rechtsvervolging. U kunt dan vrijwel altijd met succes de door u gemaakte kosten van rechtsbijstand terugvragen bij de staat. U wint dan de zaak en het kost u niets.

Het kan de moeite waard zijn om u op het standpunt te stellen dat men u maar moet aanhouden. Als aangehouden verdachte heeft u immers meer rechten.

 www.ikwilgeenstrafblad.nl

donderdag 12 november 2015

kom "vrijwillig" voor verhoor, je krijgt dan als beloning geen rechtsbijstand, anders rammen we om 6 uur 's-ochtends de deur eruit.... nog even en ook dat is voorbij

kom "vrijwillig" voor verhoor, je krijgt dan als beloning geen rechtsbijstand, anders rammen we om 6 uur 's-ochtends de deur eruit.... nog even en ook dat is voorbij 

Als u een uitnodiging van de politie ontvangt om verhoord te worden als verdachte: U bent dan niet verplicht om te verschijnen. Als u toch komt is dat zogenaamd "vrijwilig" En daarom heeft u volgens de huidige Nederlandse regels ook geen recht op rechtsbijstand voor of tijdens het verhoor, zelfs niet als minderjarige.

Maar als u gewoon niet komt dan is er een goede kans op dat de politie u op een dag, liefst om 6 uur 's -ochtends komt halen. Als u dan niet snel genoeg bent dan is het geen uitzondering dat de  politie de deur openbreekt en u met veel machtsvertoon aanhoudt. Dat gebeurt overal,  van Wassenaar tot Drachten.

Het kost u dan wel een deur en u heeft wellicht ook nog wat uit te leggen aan de buren,  maar het heeft voor u dan wel het "voordeel" dat u dan plotseling een aangehouden verdachte bent! U bent dan immers niet meer vrijwilig  verschenen, en de politie is plotseling wel aan regels gebonden zoals het in acht nemen van termijnen, en ook de verplichting tot het regelen van  rechtsbijstand voor het verhoor, en voor minderjarigen ook voor tijdens het verhoor.

Je kan je afvragen in hoevere er nog sprake is van vrijwilig verschijnen als je weet dat je anders op een onverwacht moment op brute wijze zal worden aangehouden....

De politie kiest ervoor om zoveel mogeljk mensen "vrijwillig" te laten komen. Zij hebben dan namelijk minder rechten en zijn vaak minder goed geinformeerd  dan aangehouden verdachten en de kans om te scoren is dan ook hoger.

Met name minderjarigen kunnen hierdoor worden benadeeld. Als aangehouden minderjarige heb je in Nederland inmiddels wel recht op rechtsbijstand voor en tijdens het verhoor. Maar als niet aangehouden minderjarige, dus die verdachte die vrijwillig gehoor geeft aan de oproep van de politie om langs te komen voor een verhoor,  niet!

Veel kinderen heben op die manier al een strafblad opgelopen. Ze hadden dan toevallig geen ouders die daarover enigszins geinformeerd waren of die toevallig geen rechtsbijstand konden betalen. De Raad voor Rechtsbijstand speelt het spel ook mee dus daar hoef je ook niet aan te kloppen. Soms worden kinderen opgezadeld met een strafblad voor het hele leven als de verdenking  iets met zeden te doen heeft. Een verkeerd woordje is soms al voldoende. Een half uurtje rechtsbijstand had dan net het verschil kunnen uitmaken.

Op 29 september 2015  heeft de Advocaat Generaal in een cassatie  bij de Hoge Raad het standpunt ingenomen dat de Hoge Raad duidelijkheid moet gaan vragen over de rechtsbijstand tijdens het verhoor voor niet aangehouden verdachten, en wel bij het Europese Hof in Luxemburg. Voor de geintereseerden:  het gaat om de conclusie met nummer ECLI:NL:PHR:2015:1996. Dit omdat de Hoge Raad zelf eerder had aangegeven dat het nog niet duidelijk is. Dit moet dan gebeuren in de vorm van "prejudiciele vragen" op grond  van art. 267 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie .  

Die vragen zouden duidelijkheid moeten verschaffen over de vraag of en zo ja in hoeverre aan de door art. 6 EVRM (het recht op een eerljk proces)  gegarandeerde rechten, die op grond van art. 6 van het Verdrag betreffende de Europese Unie van rechtswege algemene beginselen van het recht van de EU vormen, een recht op aanwezigheid van een advocaat bij het politieverhoor kan worden ontleend.

Het wordt tijd dat daar duidelijkheid over komt. Het zou fijn zijn als die duidelijkheid er is voor 22 oktober 2016, de datum waarop Richtlijn nr. 2013/48/EU van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 oktober 2013 ook in Nederland in wetgeving moet zijn omgezet. Nederland is het enige land van de Europese Unie waarin rechtsbijstand tijdens het verhoor niet al standaard  is toegestaan. In het Teeven tijdperk zijn de mogelijkheden op goede rechtsbijstand uitgehold.  Het is goed dat er nu in het Post - Teeven tijdperk nog kritische mensen zijn zoals deze Advocaat Generaal. Te vrezen is echter dat men bij justitie de zaak zo lang mogelijk zal gaan rekken. De vraag is ook hoeveel mensen en met name minderjarigen hier nog eerst de dupe van moeten worden. Alerte en goed geinformeerde advocaten kunnen nu al verweer voeren op dit punt. Bij een procedure die wat langer loopt kan dat uiteindelijk succes opleveren omdat nu al duidelijk is dat de Nederlandse overheid een onhoudbaar standpunt heeft.  

www.ikwilgeenstrafblad.NL    www.datisgoed.NL   www.motoradvocaat.NL





donderdag 5 maart 2015

rijden onder invloed : dag alcoholslot programma !

De Hoge Raad en de Raad van State hebben op 3 maart 2015 resp. 4 maart 2015 het alcoholslot programma een halt toegeroepen. Het alcoholslot programma van het CBR was feitelijk een onredelijk hoge straf voor het rijden onder invloed die nog eens bovenop de straf van de strafrechter   (zoals ontzegging van de rijbevoegdheid - geldboete)  kwam. En dubbele bestraffing dat mag dus niet. Dat mocht al niet maar de vraag was dus of het ASP wel als een straf te zien was. Dat is dus geen discussiepunt meer. Het antwoord is ja.  Voor zover er nog procedures lopen is het van belang om daar direct gebruik van te maken voor zover dat nog kan! Velen zijn ten onrechte het slachtoffer geworden van deze tweetrapsraket. De relevante uitspraken zijn:  Hoge Raad ECLI:NL:HR:2015:434 en Raad van State:  ECLI:NL:RVS:2015:622. www.ikwilgeenstrafblad.nl 

dinsdag 10 februari 2015

accepteer NOOIT een strafbeschikking


Tegenwoordig mag het OM in veel gevallen door middel van een strafbeschikking zelf straffen opleggen. De procureur generaal bij de Hoge Raad heeft recent bekend gemaakt dat dat heel vaak niet goed gaat. Sinds 2008 is het in 16000 gevallen aantoonbaar fout gegaan. Mensen kregen een straf terwijl dat onjuist was. Hoewel er een verzet termijn van twee weken is wordt er vaak geen verzet ingesteld. De advocatuur wordt door het OM zorgvuldig buiten de deur gehouden, de strafbeschikking wordt over het algemeen uitgereikt als er geen advocaat in de buurt is….   Het slachtoffer accepteert de strafbeschikking vaak om er maar vanaf te zijn.

Een geaccepteerde strafbeschikking staat gelijk aan een veroordeling door de rechter en levert daarom justitiële documentatie (een strafblad op). Dit kan vergaande gevolgen  hebben voor werk of stage.  Men krijgt mogelijk geen Verklaring omtrent het Gedrag (VOG), of “grijze pas”.Ook kan dit gevolgen hebben voor mogelijkheden om te reizen of voor bepaalde hobbies.

Daarom adviseer ik ook iedereen om ALTIJD verzet in te stellen tegen een strafbeschikking. Het zijn eigenlijk alleen de goedgelovige onwetende mensen die dat niet doen.

Die termijn van twee weken voor verzet is schandalig kort. Het zou niet twee weken maar twee maanden moeten zijn.

Ook zou er een bijsluiter bij moeten zitten in de zin van: U kunt deze straf accepteren maar besef dan wel dat u geen dossier heeft gezien en wij mogelijk eenzijdig onderzoek met tunnelvisie hebben gedaan om u te kunnen veroordelen. Deze strafbeschikking gelijk staat aan een veroordeling en u krijgt daardoor een "strafblad". Mogelijk heeft u daar de eerstkomende acht jaar (of levenslang bij een zedendelict) last van.  De door ons voorgestelde straf is hoger dan de rechter u vermoedelijk geeft  als u verzet aantekent en u de zaak aan de rechter voorlegt. Mogelijk kan de zaak daar zelfs zonder straf of maatregel tegen u eindigen,  maar U moet het zelf weten. Het is een belangrijke beslissing dus we geven u ruim de tijd om hierover na te denken en dit eventueel met een advocaat te bespreken. De termijn eindigt op: .. ( en dan dus niet twee weken maar 2 maanden later.) ....

Maar justitie wil geen tegenspraak, en wil het liefst alles zonder rechter of advocaat afhandelen. Is de betrokkene om wat voor reden dan ook niet in staat om de gevolgen te overzien? jammer dan! We hebben er weer een veroordeling bij…

Het instituut van de onafhankelijke rechter was een burgerrecht dat de burger beschermt tegen willekeur van de staat. Dat is voor het grootste deel van de bevolking, de onwetenden, dus voorbij.


Voor u, de lezer van dit artikel niet, want u bent gewaarschuwd!! Trap er niet in. Neem direct contact op met een in het strafrecht gespecialiseerde advocaat als u zo’n strafbeschikking ontvangt, laat verzet aantekenen en laat het dossier opvragen. Zo veel haast als justitie had om de strafbeschikking uit te reiken, zo sloom wordt justitie daarna. U heeft na instellen van het verzet alle tijd.. www.ikwilgeenstrafblad.NL 

zondag 2 november 2014

ontbrekende straf processtukken en het opgeven van getuigen

Op 1 juli 2014 heeft de Hoge Raad een overzichtsarrest gewezen inzake het oproepen en horen van getuigen bij een strafzitting. Er worden hoge eisen gesteld aan de verdediging wat betreft het tijdig (minimaal tien dagen van tevoren) en gemotiveerd vragen om de oproeping van getuigen. Je moet en minimaal tien dagen voor de zitting gemotiveerd om vragen. Als je een dag te laat bent en het niet netjes motiveert vergeet het dan maar. Het gaat er dan niet meer om of het in het verdedigingsbelang is. Het gaat er dan slechts nog om of het echt noodzakelijk is, en dat is het volgens veel rechters al snel niet meer. Hierbij wordt er door de Hoge Raad kennelijk van uitgegaan dat het O.M. netjes en op tijd de processtukken aan de verdediging verstrekt en de verdediging op grond daarvan onderzoekswensen op tafel kan leggen. Dat gebeurt heel vaak niet. De RC benaderen is een wettelijke mogelijkheid, maar dat kan het O.M. gewoon naast zich neerleggen. Het enige wat echt helpt is een kort geding bij de voorzieningenrechter. De dagvaarding voor de Officier van Justitie ligt al klaar.www.bondam.nl

stealth sms en IMSI catcher - lekker makkelijk

Op basis van de uitspraak van de Hoge Raad van 1 juli 2014 is het voor het O.M. vrij gemakkelijk geworden om door een stealth SMS of met een IMSI catcher mobiele telefoonnummers te achterhalen en hun locatie te bepalen. Mooie techniek, maar soms met onverwacht grote gevolgen voor de argeloze niet wetende verdachte, maar het mag dus wel. Wellicht iets om eens over na te denken. 
Voor een vertrouwelijk gesprek in een safe room: www.bondam.nl 

alcoholslot is al genoeg straf!

Op 22 september 2014 heeft het Gerechtshof in Den Haag het Openbaar Ministerie in drie strafzaken waarin het ging om rijden na gebruik van alcohol "niet ontvankelijk" verklaard. Geen extra straf dus voor deze mensen. Dit omdat er al een alcoholslot programma was opgelegd. Hoewel het alcoholslot officieel niet als straf maar als bestuursrechtelijke maatregel wordt opgelegd is is dit in de praktijk wel degelijk een straf. En dat is een Europees grondrecht, een dubbele bestraffing mag niet. Het begon met een paar dappere rechters die dat ook vonden. En nu dus het Gerechtshof. Fijn dat Justitie vooralsnog een halt wordt toegeroepen met deze onredelijke dubbele bestraffingen. Er is door het O.M. wel cassatie ingesteld maar vooralsnog liggen er weer kansen voor de verdediging. Laat die kansen niet liggen!   www.bondam.nl 

maandag 21 juli 2014

Officier van Justitie niet ontvankelijk bij TBS zaak

Officier van Justitie niet ontvankelijk bij TBS zaak

In deze zaak was de verdachte in 1998 veroordeeld voor het binnendringen van de woning van zijn ex vrouwen mondelinge bedreigingen. Er was geen sprake van geweld. Hij werd veroordeeld tot TBS           (ter beschikking stelling) met dwangverpleging. Omdat er geen sprake was van een geweldsdelict had op grond van artikel 38 E lid 1 SR de totale duur van de ter beschikking stelling niet langer mogen zijn dan vier jaar. Toch duurde deze dus al ruim 16 jaar…. De Officier van Justitie vraagt  gewoon weer verlenging van de TBS voor weer twee jaar. Gelukkig trapt de rechtbank er niet in en verklaart de rechtbank de Officier van Justitie niet ontvankelijk. De grote vraag is dan natuurlijk waarom er door Officier van Justitie , rechtbank en vorige advocaat de laatste 12 jaar ook niet is opgelet en hoeveel schadevergoeding dat moet opleveren… ( NBSR 2014, 170) http://www.bondam.nl    

horen zonder rechtsbijstand - vrijspraak!

Hof Den Bosch  spreekt verdachte in hennepzaak vrij doordat de verdachte is gehoord zonder voorafgaande rechtsbijstand.


Op grond van artikel 6 van het Europese recht van de rechten van de mens heeft de verdachte recht op rechtsbijstand voor het politieverhoor, ook wel genoemd het Salduz consult. Het Openbaar Ministerie heeft dit uitgewerkt in de “Aanwijzing rechtsbijstand Politieverhoor” Daarin staat kort samengevat dat de advocaat binnen twee uur aanwezig moet zijn, en dat de politie anders mag beginnen met horen. Soms is dit onhaalbaar, de politie is via het 0900 nummer vaak heel slecht bereikbaar, personen worden heengezonden of  overgeplaatst naar andere politiebureaus zonder dat de advocaat daarvan op de hoogte wordt gesteld en ook een advocaat kan ook maar op 1 plek tegelijk zijn.  In deze zaak duurde het allemaal wat langer en de verdachte werd daarom gehoord zonder dat hij eerst met een advocaat had gesproken . Het Hof  vindt dat de omstandigheid dat een advocaat zich niet tijdig meldt geen afbreuk kan doen aan het grondrecht van rechtsbijstand. De door de verdachte afgelegde bekennende verklaring kon daarom in de papierversnipperaar en er bleef onvoldoende over voor een veroordeling; vrijspraak ( NBSR 2014,162).  http://www.bondam.nl    

vormfout in hennepzaak - vrijspraak !

Vormfout hennepzaak - vrijspraak

De politie rook in februari 2008 op straat een sterke wietlucht. De politie vroeg bij het energiebedrijf informatie op. Deze zagen een sterk verhoogd stroomverbruik op de locatie. Anderhalf jaar later deed het energiebedrijf nog een netwerkmeting en zag verdachte stroompieken. De resultaten van dat onderzoek werden teruggekoppeld naar de politie. Vervolgens besloot de politie tot een inval en werd de woning binnengetreden met een machtiging.  Er werd een hennepkwekerij aangetroffen.  Het Hof Arnhem - Leeuwarden spreekt de verdachte echter vrij  omdat er ten aanzien van de verdachte geen uit feiten of omstandigheden redelijk vermoeden van schuld aan het overtreden van de Opiumwet bestond ten tijde van de inval. Wie wanneer en waar precies de wietlucht rook is niet goed geverbaliseerd, hetzelfde geld voor de bevindingen van het energiebedrijf (NBSR 2014,158). http://www.bondam.nl 


dronken op de verkeerde weghelft, dodelijk ongeval, niet roekeloos

Dronken (885UGL, is vier keer de limiet van 220 UGL) met de auto op de verkeerde weghelft rijden; , motorrijder dood:  het is wel onvoorzichtig en onoplettend maar  niet “roekeloos”;  


Wat in het gewone spraakgebruik al snel roekeloos wordt genoemd is dat nog niet in de zin van de  wegenverkeerswet.  In deze zaak was de verdachte door het Gerechtshof veroordeeld tot gevangenisstraf van drie jaar , waarvan een jaar voorwaardelijk, en vijf jaar ontzegging van de rijbevoegdheid. De Hoge Raad vernietigde de uitspraak van het Gerechtshof omdat er geen sprake is was van roekloosheid zoals bedoeld in art 175 lid 2 wegenverkeerswet. Roekeloosheid is aan opzet grenzende schuld en werkt strafverzwarend. In dit geval was daar volgens de HR geen sprake van. De Hoge raad legt de lat daarvoor erg hoog (NBSR 2014,152)

donderdag 12 juni 2014

vormverzuim in kinderporno zaak - vrijspraak

Rechtbank straf vormfout af:
Betrokkene werd verweten dat hij ruim 16000 kinderporno afbeeldingen zoals bedoeld in art 240B wetboek van strafrecht op zijn computers had.

Betrokkene werd 's ochtends wakker van de inval van de politie waarbij zijn deur werd geforceerd.  Plotseling stond de politie naast zijn bed.  Betrokkene leidde een nogal teruggetrokken leven. De politiemensen waren, na vele jaren, de eersten die bij hem thuis kwamen. De politie neemt wat computers mee en verhoort hem kort. Later die dag repareert hij zijn deur.  De politie schrijft echter op in het proces verbaal: betrokkene heeft toestemming verleend aan de politie om binnen te treden en ook schriftelijk toestemming verleend om zijn woning te doorzoeken. De schriftelijke toestemming ontbreekt. Er is ook geen proces verbaal van binnentreden en doorzoeking. Ook ontbreekt het PV van het gehoor dat die dag is afgenomen. Er kan dus ook niet worden vastgesteld of betrokene is gewezen op zijn zwijgrecht en op zijn recht op consultatiebijstand.

Er is volgens de rechtbank door de politie gehandeld in strijd met de Algemene Wet op het Binnentreden gegeven voorschriften. Er is volgens de rechtbank inbreuk gemaakt op het in artikel 8 EVRM gegarandeerde recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer van verdachte. De rechtbank oordeelt dat er ook sprake is van schending van het beginsel van een eerlijk proces ( fair trial) zoals bedoeld in artikel 6 EVRM.

De rechtbank oordeelt dat er sprake is van een onherstelbaar ernstig vormverzuim  in het voorbereidend onderzoek waarbij betrokkene is geschonden in zijn rechten zoal bedoeld in art 6 en 8 EVRM, zoals bedoeld in art 359 A Strafrecht, en dit moet leiden tot bewijsuitsluiting. Betrokkene wordt vrijgesproken. Het O.M. heeft geen hoger beroep ingesteld.

Conclusie: Hoewel de Hoge Raad de lat voor vormverzuimen hoog legt kan de politie ook te ver gaan. In dat geval kan bewijs worden uitgesloten hetgeen kan leiden tot vrijspraak. www.bondam.nl 

woensdag 11 juni 2014

drinkspelletje studenten eindigt in verkrachtingszaak...

Drinkspelletje in gemengd studentenhuis eindigt in een verkrachtingszaak bij de meervoudige strafkamer - vrijspraak

De aangeefster had verklaard dat zij die avond samen met cliënt en een paar huisgenoten een drinkspelletje hadden gedaan en dat zij nogal veel hadden gedronken. Zij en cliënt, die in hetzelfde pand ook een kamer had, zouden vervolgens ieder naar hun eigen kamer zijn gegaan om te gaan slapen.

Later in die nacht zou zij plotseling wakker zijn geworden doordat cliënt bovenop haar lag en seks met haar had. De aangeefster had hierover vervolgens wisselende en deels tegenstrijdige verhalen verteld aan huisgenoten en haar familie, die ook allen werden gehoord door de politie, en later ook de rechter.

Cliënt zou haar excuus whats app berichten hebben gestuurd. Cliënt zou toen al hebben gezegd dat hij het zich niet meer goed kon herinneren. Wel moest hij het huis na een "huisberaad" verlaten. Hij moest een excuusbrief schrijven aan zijn studentenvereniging en verliet deze ook. Vervolgens verliet hij ook zijn studentenstad. Pas veel later kwam de zaak bij de politie (en bij mij). Pas toen beriep cliënt zich op zijn zwijgrecht.

De tenlastelegging luidde verkrachting, dan wel seksueel binnendringen van iemand die in staat van lichamelijke onmacht verkeert, dan wel de poging daartoe. De eis was een gevangenisstraf van 18 maanden waarvan 8 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarde reclasseringscontact, alsmede een voorschot immateriële schadevergoeding van 2500 Euro..... Kortom een nogal heftige eis voor een nette student...

Bij de rechtbank heeft cliënt verklaard het zich niet meer goed te kunnen herinneren wat er is gebeurd. De rechtbank oordeelt, nadat cliënt twee weken in spanning had gezeten, dat er geen steunbewijs was voor de aan de verdachte ten laste gelegde handelingen. Al hetgeen derden hebben verklaard berust volgens de rechtbank slechts direct of indirect op de verklaring van aangeefster zelf. Er is geen wettig en overtuigend bewijs. Vrijspraak. Na twee weken blijkt dat de Officier van Justitie geen hoger beroep heeft ingesteld. Cliënt hoeft niet te zitten, kan verder met zijn leven, en krijgt niet voor tachtig jaar een strafblad... Een terechte uitspraak. http://www.bondam.nl 

Noodweer - (zelfverdediging)

Het beroep op noodweer (zelfverdediging) wordt niet zomaar aanvaard. De rechtspraak is zeer kritisch. Ik kan dan ook een ieder adviseren om nooit in die discussie terecht te komen. Want wellicht win je die discussie uiteindelijk, je moet er soms wel voor naar de Hoge Raad. En daar zit niemand op te wachten. Al die tijd ben je immers verdachte van een geweldsdelict. En hoewel er zou moeten worden uitgegaan van de onschuld presumptie (iedereen moet voor onschuldig worden beschouwd totdat het tegendeel bewezen is) kan zelfs al de verdenking grote gevolgen hebben. Denk bijvoorbeeld aan al die mensen die werken in de beveiliging die afhankelijk zijn van een grijze pas, of sportschutters of jagers.  Zij hebben direct een probleem. Dus zeker tot voor kort was mijn advies wees gewoon een lafaard en laat je overvallen, in elkaar slaan, neersteken,  lek schieten,  doe vooral niets,  en ga daarna getuigen verzamelen, foto's maken en aangifte doen.

De vraag die lagere rechters vaak slechts stellen is "kon je niet weglopen? Vergeten wordt dan echter de belangrijke vraag "moest je weglopen?" Daar lijkt nu verandering in te komen. Er is een kentering te bespeuren in de rechtspraak. Niet langer gaat het alleen om de vraag of je je aan de aanval had kunnen onttrekken. Het is primair van belang of je wel aan de aanval had moeten onttrekken. In zoverre komt zelfs het Amerikaanse beginsel "stand your ground"  in beeld.  Als je dus wordt aangevallen, bijvoorbeeld in je eigen huis door een inbreker,  is dus primair de vraag of je je wel aan de aanval moet onttrekken. Daarna pas of je je aan de aanval kon onttrekken.

ECLI:NL:HR:2014:858 Hoge Raad, 08-04-2014, 12/02123 met ECLI:NL:PHR:2014:259
samenvatting: 

Noodweer
In de rechtspraak met betrekking tot het ‘vluchtvereiste’ kan een onderscheid gemaakt worden tussen een feitelijke en een normatieve vraag: bestond de mogelijkheid te vluchten (feitelijke vraag) en was de aangerande gehouden te vluchten (normatieve vraag)? Onjuist is in ieder geval de verwerping van een beroep op noodweer met de motivering dat verdachte zich aan de aanranding had kunnen onttrekken en dat dus ook had moeten doen. De rechter dient juist andersom tewerk te gaan. Hij zal zich eerst moeten afvragen of gevergd kon worden dat degene die zich op noodweer beroept zich aan de aanranding zou onttrekken en pas daarna, wanneer die vraag bevestigend is beantwoord, of vluchten voor verdachte ook mogelijk was. Verdediging van eigen of eens anders lijf, eerbaarheid of goed tegen een ogenblikkelijke, wederrechtelijke aanranding zal niet noodzakelijk kunnen worden geacht, indien verdachte zich aan de aanranding had kunnen en moeten onttrekken.


http://www.bondam.nl 
    

dinsdag 15 april 2014

teveel UGL, alcoholslot, invordering rijbewijs, ontzegging rijbevoegdheid of andere extra straf door politierechter?

invordering rijbewijs, ontzegging rijbevoegdheid of andere straf door politierechter na alcoholslot?

Na aanhouding voor rijden onder invloed van alcohol worden er door de overheid twee aparte wegen bewandeld. Die van het CBR en die van de strafrechter. Veel mensen voelen zich "dubbel gepakt".

Als het CBR de maatregel van deelname aan een alcoholslot programma (ASP) oplegt dan is dat een maatregel die in de praktijk ongeveer 5000 Euro kost, en twee jaar duurt.

Dat staat officieel volledig  los van de vrijwel altijd ook nog volgende strafzaak bij de politierechter. Daar gaat het dan meestal om een ontzegging van de rijbevoegdheid voor een aantal maanden  en een geldboete. De vraag is dan in hoeverre de opgelegde alcoholslot programma maatregel dient mee te wegen in de beoordeling in de strafzaak.

Hier wordt heel  wisselend over gedacht.

Er zijn drie benaderingen:
1. Het alcoholslot programma van het CBR is een maatregel en geen straf, dus de strafrechter heeft daar niets mee te maken; Je krijgt en een ASP en een straf.
2. het alcoholslot programma van het CBR is officieel een bestuursrechtelijke maatregel maar feitelijk een straf; Omdat niemand twee maal voor hetzelfde feit bestraft mag worden is volgt er geen nieuwe straf door de strafrechter. Het OM is niet ontvankelijk ( zie hierna voor zo'n uitspraak) ;
3. En alles wat daar tussen in zit: de richtlijnen van het OM houden inmiddels rekening met de eventuele oplegging van een ASP. Sommige Officieren van Justitie gaan daar echter gewoon aan voorbij en eisen als vanouds alsof alsof er geen ASP maatregel is opgelegd.  De rechtbanken zijn daar niet aan gebonden. De rechters hebben hun eigen LOVS orientatiepunten maar zijn vrij in de afwegingen die zij kunnen maken.  

Omdat hier echter wisselend over wordt gedacht liggen hier kansen voor de verdediging. Dit kan al in een vroeg stadium, en ook al bij de teruggave van het ingevorderde rijbewijs in de raadkamer van de rechtbank.
Een mooi voorbeeld van niet ontvankelijk verklaring door de rechtbank is  de volgende overweging die leidt tot niet ontvankelijkheid van het O.M. ( en dus geen straf door de politierechter):

De politierechter verklaart het OM niet-ontvankelijk in de vervolging van de verdachte en overweegt daartoe als volgt.

Dit is niet de eerste zaak waarin een nog niet strafrechtelijk veroordeelde burger te maken krijgt met verschillende trajecten bij verschillende overheidsinstanties. Het rijbewijs van verdachte is ingevorderd en doorgestuurd naar het CBR en voornoemde instantie heeft krachtens een hem toegekende eigen wettelijke bevoegdheid een procedure ingesteld en uitgevoerd, zonder dat hier een strafrechter aan te pas is gekomen of kan komen. Het begint in de strafprocedure bij het OM en in de bestuursrechtelijke procedure bij het CBR bij hetzelfde feit: verdenking van overtreding van artikel 8 van de Wegenverkeerswet 1994 (“dronken rijden”). De politierechter gaat er van uit dat beide procedures, die elk een verschillende wettelijke achtergrond hebben, naast elkaar kunnen bestaan en dat het OM in beginsel te allen tijde krachtens eigen bevoegdheid tot vervolging mag besluiten. Het is echter, mede gelet op bijzondere feiten en de omstandigheden van het geval, denkbaar dat die keuzevrijheid om te vervolgen aan enige beperking onderhevig kan zijn. In het onderhavige geval is verdachte door het opleggen van de verplichting om een of meer cursussen te volgen en deel te nemen aan het alcoholslotprogramma bij voorbaat gedwongen om veel kosten te maken, zonder dat een strafrechter aan een inhoudelijk beoordeling van de zaak is toegekomen. Niet ondenkbaar is dat de strafrechter anders oordeelt over de feiten en omstandigheden die hebben geleid tot de verdenking van overtreding van artikel 8 van de Wegenverkeerswet 1994 dan die andere overheidsinstantie, het CBR.

In deze zaak is niet gebleken dat bij het CBR op dezelfde wijze als in de strafzaak, waarin verweren van verdachte aan de orde komen, onderzoek wordt gedaan naar de feiten die hebben geleid tot het invorderen van het rijbewijs. Het CBR is echter in feite – als derde overheidsinstantie – reeds vóór de behandeling bij de strafrechter overgegaan tot het opleggen van vergaande maatregelen, terwijl het, zo blijkt in deze zaak, nog niet zonder meer vast staat dat het aan de verdachte verweten feit in de strafzaak tot een bewezenverklaring leidt. Dit betekent dat verdachte door twee overheidsinstanties tegelijkertijd wordt bejegend, terwijl de ene overheidsinstantie (het CBR) de andere (de rechter) de vrijheid ontneemt om naar bevind van zaken tot een behoorlijke afdoening van de (straf)zaak over te gaan. Daaraan doet niet af dat het CBR en het OM geheel volgens de aan hun toegekende eigen bevoegdheden handelen, voor de burger blijft het “de overheid” die tegen hem maatregelen treft en hem al straf (niet in strafrechtelijke zin) heeft opgelegd. De mogelijkheden om zich tegen de beslissingen van het CBR te verweren blijken in de praktijk praktisch nihil te zijn, deze worden direct uitgevoerd. De politierechter constateert dat hij door het optreden van het CBR in de onderhavige zaak dermate in zijn beslissingsvrijheid wordt beperkt dat een redelijke en billijke strafrechtstoepassing niet meer mogelijk is. Op grond hiervan verklaart de politierechter het OM in deze zaak niet-ontvankelijk in zijn vervolging. 

meer informatie : www.bondam.nl

dinsdag 1 oktober 2013

Hoger beroep wsnp binnen acht dagen....


Als de rechtbank een verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling heeft afgewezen dan kan het zinvol zijn om in hoger beroep te komen bij het Gerechtshof. De termijn voor hoger beroep is slechts acht dagen en dient te worden ingediend door een advocaat.

Opvallend is dat er een hele korte termijn is van hoger beroep. Acht dagen is zo voorbij. Te laat is te laat. 

Bij het Gerechtshof moet de zaak vervolgens artikel 292 FW (wetstekst hieronder) ook op korte termijn worden behandeld (binnen twintig dagen). Maar eenmaal bij het Gerechtshof blijkt dat men het zo druk heeft met deze zaken dat de zaak vaak pas na enkele maanden beoordeeld kan worden. Drie of vier maanden is geen uitzondering.    

Toch kan het wel zinvol zijn om het te doen en kunnen feitelijke afwegingen toch anders uitpakken. 

In februari 2013  kreeg ik twee cliënten bij mij met twee afwijzingen door de rechtbank van het verzoek om toepassing van de schuldsanering.  Ik bekeek het dossier en hoorde hun verhaal: Het verzoek was nogal slordig ingediend bij de rechtbank. Tijdens de zitting bij de rechtbank werden ze – in tegenstelling tot wat hen was beloofd -  niet bijgestaan door een gemachtigde. Ze werden daar naar beleving van cliënten op nogal onaardige en verwijtende wijze ondervraagd door een rechter die een nogal gehaaste indruk maakte. Het verzoek werd afgewezen omdat verzoekers volgens de rechtbank ten aanzien van het ontstaan of onbetaald laten van schulden in de vijf jaar voorafgaand aan het indienen van het verzoek niet te goeder trouw waren geweest. Zo werd de vrouw verweten dat ze met het oog op de zorg voor de kinderen slechts part time werkte...

Nadat door mij het hoger beroep van deze cliënten nog net op tijd ( binnen acht dagen dus ) aan het Gerechtshof kon worden voorgelegd is de zaak in september 2013 nog eens bekeken door het Gerechtshof. Cliënten kregen toen in ieder geval wel een correcte behandeling.

Vervolgens kwam de uitspraak (het arrest) waarin werd geoordeeld dat een oude schuld niet als te goeder trouw kon worden aangemerkt en er toch feiten en omstandigheden zijn die toelating tot de regeling rechtvaardigen. Volgens het Gerechtshof was voldoende aannemelijk geworden dat cliënten mede gelet op hun inzet tijdens het minnelijk traject hun uit de schuldsaneringsregeling voortvloeiende verplichtingen naar behoren zullen nakomen. De positieve opstelling van deze cliënten tot aan de dag van de zitting van het Gerechtshof heeft zeker meegeholpen. Mogelijk heeft de lange wettelijk niet toegestane wachttijd zelfs in hun voordeel gewerkt.  Er werd dus alsnog besloten tot  vernietiging van de vonnissen van de rechtbank en ze werden toegelaten tot de schuldsanering.

De moraal van het verhaal: als u een afwijzing heeft van een verzoek om toepassing van de schuldsaneringsregeling / schuldsanering / wsnp wacht dan geen dag maar neem DIRECT contact op met een advocaat die ervaring heeft met dit soort kwesties: De wettelijke termijnen gelden namelijk wel voor de rechtzoekenden!! 


--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Een deel van de wetstekst van art 292 FW:
Tegen de uitspraak tot afwijzing van het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling kan de schuldenaar gedurende acht dagen na de dag van de uitspraak in hoger beroep komen. Wanneer het verzoekschrift tevens een verzoek inhield als bedoeld in het eerste lid, wordt dit verzoek eveneens aan het gerechtshof voorgelegd. Het hoger beroep wordt ingesteld bij een verzoekschrift, in te dienen ter griffie van het gerechtshof, dat van de zaak kennis moet nemen. De voorzitter bepaalt terstond dag en uur voor de behandeling, welke zal moeten plaatshebben binnen twintig dagen na de dag van de indiening van het verzoekschrift. De uitspraak vindt niet later plaats dan op de achtste dag na die van de behandeling van het verzoekschrift ter terechtzitting.

dinsdag 16 juli 2013

rechtsbijstand minderjarigen



De "Salduz jurisprudentie" heeft kort samengevat met zich meegebracht dat de aangehouden verdachte recht heeft op rechtsbijstand door een advocaat  VOOR zijn verhoor. 

Minderjarigen hebben vervolgens ook nog recht op rechtsbijstand door een vertrouwenspersoon of advocaat TIJDENS het verhoor. Volgens de politie moet de minderjarige dan kiezen uit een advocaat of een andere vertrouwenspersoon. Dit is merkwaardig want de ouders hebben op grond van de wet altijd al toegang tot de minderjarige. Rechtsbijstand door een advocaat is beter voor de rechtspositie van de minderjarige. Met name als er een naïeve of onwetende ouder, of zelfs een ander familielid als vertrouwenspersoon bij komt zitten die zich op voor de minderjarige nadelige wijze gaat bemoeien met het verhoor.  

En als dat dan klaar is:  zelfs voor de meest kleine bagatel zaken, het echte "kuikenwerk" wordt besloten tot strafrechtelijke vervolging. Dit kan dan dagvaarding voor de rechter zijn of een tripzitting waarbij de kwestie buiten de rechter om wordt afgedaan. Deze laatste wijze van afdoening wordt soms gekozen voor zaken die het bij de rechter mogelijk niet zouden halen en zouden leiden tot vrijspraak.   

Een veroordeling maar ook de acceptatie van een taakstraf buiten de rechter om leiden tot een "strafblad". Dit verdwijnt dus NIET meer zodra iemand 18 is geworden, zoals vaak nog gedacht wordt.  Dit geeft de daarbij behorende problemen met het verkrijgen van een stage of baan en het verkrijgen van een visum voor een buitenlandse reis.

En als het iets met zeden te maken heeft ga dan maar uit van justitiële gegevens die tachtig jaar blijven bestaan. Dus ook bijvoorbeeld bij een onzinnige aangifte van ontucht tussen twee minderjarigen van 15 jaar oud, en de verkeerde antwoorden op de vragen daarover.

Het is echt zonde als er bij strafrechtelijke problemen met een minderjarige kansen worden gemist. Accepteer niet klakkeloos alles van wat u wordt verteld. Zoek tijdig rechtsbijstand.

Er bestaat in Nederland een systeem van door de overheid gefinancierde rechtsbijstand. Door geldgebrek en verkeerde prioriteiten bij de overheid staat dit systeem erg onder druk. Dit geldt met name sinds op grond van Europees recht een verdachte ook recht heeft op rechtsbijstand voor het verhoor.  Dat was namelijk niet zo geregeld in Nederland. De overheid wil volgens de gebruikelijke commerciële tarieven inclusief reistijd van en naar een politiebureau twintig minuten voor de rechtsbijstand voor het verhoor betalen. En voor rechtsbijstand tijdens het verhoor (ook weer inclusief reistijd)  wil de overheid naar de gebruikelijk commerciële tarieven een half uur betalen. En als het gaat om een zwaar delict waar 12 jaar of meer op staat (het slachtoffer moet dan wel zijn overleden of zwaar lichamelijk letsel hebben....) wil de overheid zelfs wel 1 uur vergoeden.  En als het tot een zaak komt:  de advocaat mag naar commerciële tarieven ongeveer drie uur aan een zaak bij de kinderrechter , en vier uur aan een zaak bij de meervoudige strafkamer (MK) besteden. Het is duidelijk dat de overheid vooral wil dat er weinig geld wordt besteed aan de rechtshulp. Het moet  zo goedkoop mogelijk. Tenzij de overheid zelf opdracht geeft aan de landsadvocaat natuurlijk. Dan worden plotseling wel de normale tarieven betaald.      

U kunt ook kiezen voor rechtsbijstand op betalende basis.  Dan maakt u zelf afspraken over de kosten van rechtshulp. Als de zaak eindigt zonder straf, maatregel of schuldigverklaring dan kunt u tot drie maanden na afloop van de zaak een verzoek indienen om alle kosten van rechtshulp terug te krijgen.  


Voor meer informatie:  tel. 0653444683/  www.bondam.nl
       

DNA afname bij minderjarigen, bezwaarschrift!!

In de inleidende overwegingen van de wet DNA onderzoek bij veroordeelden staat vermeld dat DNA-onderzoek plaatsvindt bij personen die zijn veroordeeld wegens bepaalde misdrijven, teneinde bij te dragen aan de voorkoming, opsporing, vervolging en berechting van strafbare feiten van deze personen. Bij minderjarigen kan dit extra onredelijk uitpakken. 

Nadat de minderjarige,  niet naar behoren voorgelicht door een "parketsecretaris" bij een tomzitting / tripzitting/ of een soortgelijke zitting  een taakstraf heeft geaccepteerd om maar niet naar de kinderrechter te hoeven valt hij of zij automatisch in de prijzen. Een gratis strafblad en als bonus DNA afname en levenslange opname in de DNA databank van justitie.  Dat zeiden ze er niet bij bij de uitnodiging! Daar kom je pas later achter. En de termijn loopt al... Hartelijk dank Justitie... Wat zijn ze toch lekker bezig.       

In artikel 2 lid 1 b van de wet DNA onderzoek bij veroordeelden staat vermeld dat als  redelijkerwijs aannemelijk is dat het bepalen en verwerken van DNA-profiel gelet op de aard van het misdrijf of de bijzondere omstandigheden waaronder het misdrijf is gepleegd niet van betekenis zal kunnen zijn voor de voorkoming, opsporing, vervolging en berechting van strafbare feiten van de veroordeelde geen celmateriaal zal worden afgenomen ten behoeve van het bepalen en verwerken van het DNA-profiel.

Soms kan worden beargumenteerd dat  de uitzonderingssituatie van artikel 2, eerste lid onder b, van de Wet DNA -onderzoek bij veroordeelden van toepassing is.  De redenering is dan dat er geen opsporingsbelang ter zake van reeds gepleegde strafbare feiten of enig relevant recidivegevaar aanwezig is. In dat geval zal de afname van  DNA-materiaal ten behoeve van het bepalen en verwerken van het DNA-profiel niet van betekenis kunnen zijn voor de in artikel 2, eerste lid onder b van de wet DNA-onderzoek bij veroordeelden genoemde doeleinden.

Van belang zijn onder meer de opgelegde straf, de leeftijd op het moment van plegen van het feit, of het een eerste keer was of niet, en of er nadien sprake is van recidive. Moest het worden gezien als een rimpel in de vijver, een eenmalige jeugdige misstap?

Als uw zoon of dochter een oproep krijgt voor het afstaan van celmateriaal voor het bepalen van een dna  profiel neem dan DIRECT contact op voor het indienen van een bezwaarschrift (www.bondam.nl ) .De termijn voor indiening van het bezwaarschrift,  per akte,  is slechts twee weken na afname. In veel gevallen kan dit geheel kosteloos omdat de meeste rechtbanken daar een last tot toevoeging voor verstrekken.       

meer info:  www.bondam.nl

maandag 13 mei 2013

BOPZ opname mag nog steeds alleen na beoordeling door psychiater


De Hoge Raad heeft bepaald dat de wet BOPZ onvoldoende zware eisen stelt om een in bewaring stelling (IBS) en gedwongen opname in een psychiatrisch ziekenhuis te rechtvaardigen. De Hoge Raad heeft bevestigd dat de Europese rechtspraak (in de zaak Varbanov)  eist dat de geneeskundige verklaring moet worden afgegeven door een onafhankelijke specialist (lees:  psychiater).

Als dat om wat voor reden dan ook niet kan, en de geneeskundige verklaring is afgegeven door een arts - niet zijnde psychiater-  dan moet de psychiater alsnog binnen enkele uren komen om de betrokkene te onderzoeken.  Aan de hand van deze uitspraak is overal in Nederland de zogeheten Varbanov verklaring ingevoerd. Dit is een schriftelijke verklaring van een psychiater waarin deze verklaart de betrokkene te hebben onderzocht en dat de bevindingen wel of niet overeenstemmen met de eerdere bevindingen van de arts- niet psychiater.

Dit gaat echter nog steeds vaak fout.  Als bij een dergelijke procedurefout schadevergoeding ten laste van de gemeente wordt gevraagd dan wordt deze normaal gesproken ook snel uitbetaald.    


Het zou voor de hand hebben gelegen als deze uitspraak inmiddels in wetgeving zou zijn omgezet. Dat is echter nog niet gebeurd.

zie:
LJN: BD4375, Hoge Raad , 08/01827
datum uitspraak 26-9-2008
datum publicatie 26-9-2008
instantie Hoge Raad

Het middel bevat de klacht - zakelijk weergegeven - dat de rechtbank op het verzoek heeft beslist zonder te beschikken over een geneeskundige verklaring die voldoet aan de eis dat zij is opgesteld door een specialist die betrokkene daartoe persoonlijk heeft onderzocht. Aldus klaagt het middel over het niet inachtnemen van een essentiële waarborg voor het grondrecht op vrijheid, in die zin dat niemand van zijn vrijheid mag worden beroofd buiten de gevallen bij of krachtens de wet bepaald (vgl. HR 21 februari 2003, nr. R03/002, NJ 2003, 484). Die klacht levert een grond op voor doorbreking van het genoemde rechtsmiddelenverbod, zodat cassatieberoep voor betrokkene openstond. 
De leden 1 en 2 van art. 21 laten de mogelijkheid open dat de burgemeester een inbewaringstelling gelast op basis van een schriftelijke verklaring van een arts die geen psychiater is, en wel indien het niet mogelijk is dat een psychiater de verklaring verstrekt. Met inachtneming van de rechtspraak van het EHRM met betrekking tot vrijheidsontneming van als geestesziek aangemerkte personen (art. 5 lid 1, aanhef en onder e, EVRM) heeft de Hoge Raad geoordeeld dat de door dat hof gestelde eis van "objective medical expertise" aldus moet worden verstaan dat die - behoudens in noodsituaties - een persoonlijk voorafgaand onderzoek van de betrokkene door een specialist, dat wil zeggen een psychiater als bedoeld in art. 1 lid 1, aanhef en onder j, Wet Bopz, veronderstelt. In een geval waarin de inbewaringstelling gelast is op basis van een schriftelijke verklaring van een arts die geen psychiater is, brengt de bepaling van art. 5 lid 1, aanhef en onder e, EVRM dan ook mee dat de rechter, onverminderd het bepaalde in art. 29 lid 2 Wet Bopz, een machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling slechts mag verlenen na te hebben kennisgenomen van een schriftelijke - dan wel ter zitting mondeling afgelegde en in het proces-verbaal van de zitting te vermelden - verklaring van een niet behandelend psychiater die persoonlijk de betrokkene na diens inbewaringstelling heeft onderzocht. Het middel is in zoverre gegrond.




meer info: www.bondam.nl  

zaterdag 11 mei 2013

verkrachting?


vakgebied strafrecht
datum uitspraak 12-3-2013
datum publicatie 12-3-2013
LJN: BZ2653, Hoge Raad 11/05421

Op 12 maart 2013 heeft de Hoge Raad haar oude en voor velen tot dan erg onbevredigende standpunt verlaten.   Tot 12 maart 2013 kon men in Nederland voor een tongzoen worden veroordeeld op grond van artikel 242 Sr (seksueel binnendringen / verkrachting). De Hoge Raad komt op 12 maart 2013 terug van zijn eerder aan art. 242 Sr gegeven interpretatie. 

De Hoge raad stelt: De eisen van rechtszekerheid staan er niet aan in de weg dat, hoewel een tongzoen op zichzelf wel het binnendringen van het lichaam met een seksuele strekking oplevert, deze in redelijkheid niet op één lijn kan worden gesteld met geslachtsgemeenschap of een wat de ernst van de inbreuk op de seksuele integriteit daarmee vergelijkbare gedraging, zodat een afgedwongen tongzoen voortaan niet meer als “verkrachting” in de zin van art. 242 Sr kan worden gekwalificeerd. 

De HR merkt met het oog op de zaken die zijn afgedaan met inachtneming van HR NJ 1998/781 (“tongzoen-arrest”) op dat zijn nieuwe uitleg van art. 242 Sr niet kan worden aangemerkt als een voor herziening vereist (nieuw) “gegeven” zoals bedoeld in art. 457.1 onder c Sv, aangezien dat vereiste het oog heeft op een gegeven van feitelijke aard en niet op een gewijzigde rechtsopvatting. Kortom het heeft voor de oude gevallen geen zin om hierover alsnog herziening te vragen. 

Het is wel erg zuur als je als "oud geval" nu toch levenslang justitiële documentatie ( een "strafblad" ) blijft houden.... 

meer info: www.bondam.nl      

dinsdag 20 november 2012

acht tips voor het politie verhoor-voor beginners


vakgebied strafrecht / jeugdstrafrecht

Ik beroep mij op mijn zwijgrecht"  

Tip 1 vraag om een advocaat en zeg dat je gebruik maakt van je zwijgrecht

Zo nodig kun je daaraan toevoegen dat je dit advies ooit van een advocaat gekregen hebt. Dit praat makkelijker. Het is dan niet jouw schuld dat je geen verklaring aflegt, maar de schuld van een advocaat die je dit advies gegeven heeft. Overigens mag je altijd je naam, geboortedatum en adres geven.

Tip 2 Houd vol dat je gebruik maakt van je zwijgrecht

Zelfs wanneer je uitdrukkelijk zegt dat je gebruik maakt van je zwijgrecht, zal de politie blijven proberen om een verklaring los te krijgen.
·       Praten uitlokken. De politie zal namelijk blijven vragen stellen. Bijvoorbeeld: "Wat vinden je ouders er van dat je op het politiebureau zit?" Let op! De bedoeling is dat de verdachte gaat praten, want van het een komt vaak het ander. Een volledige verklaring met een bijbehorende veroordeling is vaak het gevolg.
·       Vrijlating suggereren. De politie zal namelijk suggereren dat je eerder vrijkomt wanneer je een verklaring aflegt. Bijvoorbeeld: "Als je een bekentenis aflegt, dan kan het onderzoek sneller worden gesloten." Let op! Misschien wordt het onderzoek sneller gesloten, maar dat betekent niet dat je geen veroordeling krijgt.

Tip 3 Teken geen verklaring

Je bent niet verplicht om een verklaring te ondertekenen. Dikwijls komt een verdachte terug op delen van een verklaring en soms op de gehele verklaring. De rechter zegt daar gewoonlijk op: "Ik geloof er niets van wat je op zitting zegt, want bij de politie heb je voor iets anders getekend!"

Tip 4 Doe nergens afstand van

Ingeval er spullen in beslag zijn genomen, dan vraagt de politie altijd of je daar afstand van wilt doen. Dikwijls blijkt dan vervolgens dat het helemaal niet nodig was dat de spullen in beslag waren genomen, maar wanneer je dan de spullen terug wilt hebben dan kan dat niet. Je hebt ze namelijk "vrijwillig" aan de politie "gegeven".
Wacht even of de officier van justitie weet te motiveren waarom bijvoorbeeld een brommer "ontnomen", "onttrokken" of "verbeurd" moet worden. Veel officieren van justitie weten zo'n vordering niet goed uit te leggen of vergeten gewoon zo'n vordering in te dienen.

Tip 5 Wacht tot een advocaat langs is gekomen

Ingeval de politie je vast wil houden dan krijg je een strafadvocaat toegewezen. Je kunt zelf aan de politie een "voorkeursadvocaat" opgeven, maar wanneer je geen naam van een strafadvocaat weet, dan moet de politie een "piketadvocaat" waarschuwen. Deze strafadvocaat is vaak binnen twee uur ter plaatse.
Wanneer je een advocaat als je "voorkeursadvocaat" opgeeft, dan kan deze een "gratis" piketbezoek afleggen. Gratis wil zeggen dat de strafpleiter zich niet door de klant, maar door de staat laat betalen. Maak je dus geen zorgen om een rekening van een strafadvocaat.

Tip 6 Wacht tot de advocaat over het dossier beschikt

De politie wil het bezoek van de strafadvocaat wel eens ophouden: "U bent welkom, zodra we klaar zijn met het verhoor." De strafadvocaat krijgt vaak een of twee dagen later de stukken. Zonder de stukken is het moeilijk om vast te stellen wat precies het bewijs is. Tegen de verdachte is gezegd dat er twee getuigen zijn, maar uit het procesverbaal blijkt dat geen van de getuigen iets verdachts heeft waargenomen.

Tip 7 Onderzoek of een verklaring verschil maakt

Het is niet gezegd dat een zwijgende verdachte nooit kan worden veroordeeld. Er kunnen opnamen zijn of verklaringen van getuigen die daadwerkelijk iets verdachts hebben waargenomen.

Tip 8 Zonodig kun je alsnog met een alibi of excuus komen

Mocht een verklaring van de verdachte niet nodig zijn om tot een veroordeling te komen, dan kan het zinvol zijn om met een alibi of een excuus te komen. Wees voorzichtig met het alibi of het excuus dat je geeft. Soms maakt de formulering groot verschil.
Zo was er een man die door een andere man in zijn kruis werd getrapt. De man gaf daarop een paar klappen terug. Hij zei dat hij dit uit een "reflex" deed. Hij had moeten zeggen dat hij dit uit "noodzakelijke zelfverdediging" deed. Want de rechter oordeelde: "Een reflex is begrijpelijk, maar noodweer vereist noodzakelijke zelfverdediging".  
Concluderend: Leg niet onbezonnen een verklaring af tegenover de politie! Een verdachte heeft het recht om te zwijgen. De politie is verplicht om de verdachte dit zwijgrecht mee te delen. 
Desondanks leggen de meeste verdachten snel en onbezonnen een verklaring af, waar ze vervolgens op worden veroordeeld. Met de verklaring proberen veel verdachten:
·       een alibi te geven. Bijvoorbeeld: "Ik heb de brommer niet gestolen, maar van een vriend gekocht." De rechter kan de verdachte vervolgens voor heling veroordelen, omdat de brommer van een vriend is gekocht in plaats van een winkel.
·       een excuus te geven. Bijvoorbeeld: "Ik heb een klap gegeven, want ik kreeg er zelf ook een." De rechter kan de verdachte vervolgens voor mishandeling veroordelen, omdat de klap die de verdachte zelf kreeg wordt aangemerkt als "een andere zaak".